Vanmiddag zijn we naar de bioscoop geweest. Ter ere van Tim's dertiende verjaardag. Nou ja, 't is een voorschot op zijn echte feestje en bovendien is hij eigenlijk pas morgen jarig, maar ja, dat echte feestje duurt nog twee weken en morgen moet iedereen weer werken en naar school. Logisch toch, tot zover?
Tim heeft de film zelf uitgezocht "The Hunger Games", gisteren in premiere gegaan. En ter ere van de feestelijke gelegenheid gaan we naar Vox Gold in de Mall of the Emirates. Niet zomaar een gewoon zaaltje, maar een zaal met luxe, buitengewoon ruime stoelen die met een hendel aan de zijkant ook nog in een nog comfortabeler ligstand kunnen worden gezet. Desgewenst krijg je dan ook nog een dekentje om de beentjes warm te houden. Ik mis alleen nog de veiligheidsdemonstratie met een verwijzing naar de nooduitgangen en zuurstofmaskers. Of krijg ik nu last van een lichte vorm van beroepsdeformatie? Anyway, tijdens de film kun je naast popcorn ook heuse maaltijden bestellen die worden uitgeserveerd op het tafeltje dat tussen de stoelen staat. En zo slaan we twee vliegen in een klap; de film om half zes en we kunnen meteen de avondmaaltijd op een gemakkelijke manier nuttigen. Want, morgen weer school zoals gezegd.
Online kaartjes besteld en per creitcard betaald. In de mall kun je vervolgens de kaartjes uit een automaat trekken en je naar de zaal begeven. Daar worden we uitgenodigd om nog even in de lounge plaast te nemen. Intussen kun je het menu bekijken en je bestelling doen. In de zaal zijn ongeveer tien rijen met acht stoelen per rij over een afstand van een meter of tien, schat ik. Het is nog behoorlijk vol, valt me op. Serveersters en serveerders(?) lopen al af en aan met koffie, cola en warme gerechten.
De film is behoorlijk intens. Ik had van tevoren niet gekeken waar 'ie over ging, maar hij lijkt me minder geschikt voor Eva en Jasper. Een serveerste vraagt ooknog bezorgd of Eva "niet gaat huilen straks", want eigenlijk is Vox Gold alleen voor dertien jaar en ouder. Maar ja, we zijn hier in het Midden Oosten dus regels zijn flexibel. Zolang er niemand moppoert of klaagt kraait er geen haan. Die zou je trouwens met het surround geluid ook absoluut niet horen. Nou ja, vorige week zijn we nog naar Dr. Seus geweest, dus een beetje contrast is ook wel weer aardig. En contrast geeft het. Ik spring zelf minstens vier keer uit m'n stoel bij een heftige scene-wisseling, maar Eva en Jasper geven geen krimp. Misschien zijn het de frietjes die voor voldoende afleiding geven.
Al met al is de Gold ervaring buitengewoon aangenaam en voor herhaling vatbaar. Misschien volgende keer toch weer een familie- of jeudgfilm? Oordeel zelf...
http://www.youtube.com/watch?v=LpWHkiq744k&feature=player_embedded
zaterdag 24 maart 2012
Japan
Ik heb de reis naar India nog maar net verwerkt of ik ben alweer op weg, naar Japan dit keer. We zijn op zoek naar een nieuwe country manager, een strategische functie, dus dat vraagt om een strategische aanpak. En die moet ik dan samen met de regio manager vorm zien te geven. Of althans proberen. De regio manager is eveneens Nederlander en we kunnen het samen goed vinden, zo bleek uit eerdere samenwerking. Per EY nachtvlucht vlieg ik, comfortabel slapend op een van onze flatbeds in business class, in tien uur van Abu Dhabu naar het Nerita vliegveld nabij Tokyo. Daar word ik opgewacht bij de gate door een medewerker die me vlot langs de autoriteiten loodst en me nog net op tijd aflevert bij het busstation. Ik moet wel zelf in de rij staan bij immigratie en de douane, dat dan nog wel.
Het vliegveld ligt ruim een uur rijden van Tokyo centrum waar ons kantoor en het hotel zijn en taxi’s in Japan zijn kostbaar, dus is de bus een goed en betaalbaar alternatief. Het is net een binnenlandse vlucht die bus, met een check-in voor je baggage en medewerkers die je in de juiste rij dirigeren en de bussen komen en gaan met vijf minuten tussenpauze. Het is maar goed dat ik werd opgevangen want ondanks dat alles buitengewoon efficient geregeld is, zijn de meeste bordjes in het Japans en is het dus even zoeken. Het vertrek van de bus wordt zelfs omgeroepen via een microfoon en dat terwijl we met z’n zessen niet veel verder dan vier meter van de bus staan. Maar protocol is protocol en dat wordt nauwgezet afgewerkt, overal en altijd.
Alles in Japan oogt efficient; iedere vierkante meter is benut, het is er netjes en de bevolking is uiterst gezagsgetrouw, gedisciplineerd en buitengewoon service-georienteerd. Alleen versta je er geen klap van als ze wat zeggen, zelfs als dat in het Engels gebeurt. Maar goed, de basisgrondhouding is goed. Tokyo is een mega-stad met veel hoogbouw, veel snelwegen en veel beton en asfalt. Bomen en struikjes staan opgesteld in nette parkjes en tuintjes, maar kunnen niet voorkomen dat het steen overheerst.
De interviews vinden plaats op de 35e verdieping van het ANA Intercontinental Hotel, in het business center. De kandidaten zijn nerveus e moeten op hun gemak worden gesteld. Solliciteren doen Japanners gemiddeld maar een of twee keer in hun loopbaan; ze zijn uiterst loyaal aan het bedrijf en werken veelal twintig jaar of meer bij hetzelfde bedrijf. Dus we moeten een beetje in de sales-modus om die flitsende luchtvaartmaatschappij uit het Midden-Oosten aan de man te brengen. Dat lukt best aardig, al zeg ik het zelf. Stom genoeg ben ik overhaast uit Abu Dhabi vertrokken en ben vergeten om visitekaartje meet te nemen. En die maken deel uit van, alweer een belangrijk ritueel, de begroeting. Maar ja, het is niet anders en met een grapje werkt het ook een beetje als ijsbreker. Vergeet niet het kaartje met beide handen aan te reiken of te ontvangen, als ware het een kostbaar geschenk. Bij het afscheid hoort een beleefde buiging. Kandidaat nummer drie buigt zo hefitg en vaak dat ik bang ben dat hij wellicht in tweeen zal breken, maar dat gebeurt gelukkig niet.
Overal in het hotel, bij liften en deuren, zitten metalen plaatjes op de muur. Het is hier zo droog fat je constant last hebt van statische electriticiteit. In plaats van iedere keer een schok te krijgen als je een metalen object aanraakt, is het de bedoeling om met je vinger het plaatje aan te tikken en vervolgens kun je zonder schokken de deur openen of de lift oproepen. Een soort mini gemak bij een ongemak. Over gemak gesproken; alle toiletten hebben een ingebouwde douche met bedieningsconsole aan de muur waarmee je het soort straal, de sterkte en temperatuur kunt regelen. Het toppunt vond ik toch wel de rookruimte bij het vliegveld. Niet binnen, maar buiten. Dus, je staat buiten en moet dan een glazen ruimte in om binnen te roken, want buiten roken mag niet…;o)
Enfin, Japan is zeker de moeite van een bezoek waard. Volgende keer misschien leuk om iets meer dan vierentwintig uur op de grond te hebben. Konichiwa!
Het vliegveld ligt ruim een uur rijden van Tokyo centrum waar ons kantoor en het hotel zijn en taxi’s in Japan zijn kostbaar, dus is de bus een goed en betaalbaar alternatief. Het is net een binnenlandse vlucht die bus, met een check-in voor je baggage en medewerkers die je in de juiste rij dirigeren en de bussen komen en gaan met vijf minuten tussenpauze. Het is maar goed dat ik werd opgevangen want ondanks dat alles buitengewoon efficient geregeld is, zijn de meeste bordjes in het Japans en is het dus even zoeken. Het vertrek van de bus wordt zelfs omgeroepen via een microfoon en dat terwijl we met z’n zessen niet veel verder dan vier meter van de bus staan. Maar protocol is protocol en dat wordt nauwgezet afgewerkt, overal en altijd.
Alles in Japan oogt efficient; iedere vierkante meter is benut, het is er netjes en de bevolking is uiterst gezagsgetrouw, gedisciplineerd en buitengewoon service-georienteerd. Alleen versta je er geen klap van als ze wat zeggen, zelfs als dat in het Engels gebeurt. Maar goed, de basisgrondhouding is goed. Tokyo is een mega-stad met veel hoogbouw, veel snelwegen en veel beton en asfalt. Bomen en struikjes staan opgesteld in nette parkjes en tuintjes, maar kunnen niet voorkomen dat het steen overheerst.
De interviews vinden plaats op de 35e verdieping van het ANA Intercontinental Hotel, in het business center. De kandidaten zijn nerveus e moeten op hun gemak worden gesteld. Solliciteren doen Japanners gemiddeld maar een of twee keer in hun loopbaan; ze zijn uiterst loyaal aan het bedrijf en werken veelal twintig jaar of meer bij hetzelfde bedrijf. Dus we moeten een beetje in de sales-modus om die flitsende luchtvaartmaatschappij uit het Midden-Oosten aan de man te brengen. Dat lukt best aardig, al zeg ik het zelf. Stom genoeg ben ik overhaast uit Abu Dhabi vertrokken en ben vergeten om visitekaartje meet te nemen. En die maken deel uit van, alweer een belangrijk ritueel, de begroeting. Maar ja, het is niet anders en met een grapje werkt het ook een beetje als ijsbreker. Vergeet niet het kaartje met beide handen aan te reiken of te ontvangen, als ware het een kostbaar geschenk. Bij het afscheid hoort een beleefde buiging. Kandidaat nummer drie buigt zo hefitg en vaak dat ik bang ben dat hij wellicht in tweeen zal breken, maar dat gebeurt gelukkig niet.
Overal in het hotel, bij liften en deuren, zitten metalen plaatjes op de muur. Het is hier zo droog fat je constant last hebt van statische electriticiteit. In plaats van iedere keer een schok te krijgen als je een metalen object aanraakt, is het de bedoeling om met je vinger het plaatje aan te tikken en vervolgens kun je zonder schokken de deur openen of de lift oproepen. Een soort mini gemak bij een ongemak. Over gemak gesproken; alle toiletten hebben een ingebouwde douche met bedieningsconsole aan de muur waarmee je het soort straal, de sterkte en temperatuur kunt regelen. Het toppunt vond ik toch wel de rookruimte bij het vliegveld. Niet binnen, maar buiten. Dus, je staat buiten en moet dan een glazen ruimte in om binnen te roken, want buiten roken mag niet…;o)
Enfin, Japan is zeker de moeite van een bezoek waard. Volgende keer misschien leuk om iets meer dan vierentwintig uur op de grond te hebben. Konichiwa!
maandag 19 maart 2012
India 3
Een lust voor het oog is het; de vervoersmiddelen in India. In Delhi vind je de Ambassador; een op de Morris Minor gebaseerde lokaal geproduceerde auto die nog altijd wordt gemaakt! Het model stamt uit de jaren zestig en heeft nagenoeg onveranderd de tand des tijds doorstaan. De meeste auto's hier zijn overheids-dienstauto's met een vlaggetje voorop dat desgewenst in een hoesje kan worden ingepakt. Ik neem aan dat als het vlaggetje wappert de auto bezet is.
In Mumbai vind je vooral riksja's en oude Fiats 1200, oorspronkelijk in produktie genomen in 1964, een buitengewoon goed bouwjaar (weet ik uit ervaring). Denog rondrijdende exemplaren zijn minstens dertig jaar oud en met ijzerdraad bijeen gehouden. De chauffeur rust ontspannen met zijn kin op het stuur en de passagiers kunnen de achterruit als hoofdsteun gebruiken, maar jonge jonge, wat een prachtig autootje! Alleen al daarvoor zou je nog eens terugreizen...
![]() |
Fiat Padmini |
![]() |
Ambassador |
India 2
In Bangalore verblijven we in het ITC Windsor hotel, een prettig hotel uit koloniale tijd met knipmessende medewerkers, krakend parket en tapijt waar je tot aan je broekspijpen in wegzakt. Ik voel me er meteen thuis. Vanaf het balkon kijk ik uit over de tuin met zwembad en buitenbar. Jammer genoeg moet ik me snel omkleden en weer met pak en das in het business centre aan de slag. Interviews, interviews en nog een paar interviews. De kandidaten zijn erg verschillend en al ziet een curriculum vitae er nog zo mooi uit, je moet de kandidaten persoonlijk zien om ze te kunnen beoordelen. Soms moet ik me buitegnewoon inspannen om in het stevige accent een engelse zin te ontdekken. Inmiddels zijn country manager Neerja en ik zo op elkaar ingespeeld dat we naadloos het gesprek overnemen als de ander even afhaakt. Neerja haakt vaak af als ze de kandidaat niet ziet zitten, soms al na een minuut of vijf tot tien en dan probeer ik, voor de goede orde, het gesprek toch ook nog voor de kandidaat een beetje bevredigend af te ronden.
Het gaat met diverse concurrerende luchtvaartmaatschappijen niet zo goed en dus kunnen we ons verheugen op een flinke belangstelling. Bij Kingfisher, een maatschappij die vooral binnelandse vluchten exploiteert, worden al drie maanden geen salarissen meer betaald. Maar ja, waar ga je heen als je een familie hebt en moet onderhouden? Uiteindelijk lukt het om twee kandidaten te selecteren die we een aanbod willen doen. Nu maar hopen dat we overeenstemming bereiken en ze dus binnenkort kunnen starten bij Etihad Airways.
's Avonds ga ik op zoek naar een apotheek. Ik heb uit Dubai een recept meegenomen voor de medicatie van Jasper. Helaas zijn in heel Dubai de gezocht pilletjes uitverkocht. Jasper's arts, de eerder op deze blog beschreven Amerikaanse Armani psychiater, had tot vorig jaar een praktijk in Dubai. Vervolgens verhuisde ze terug naar Texas, maar zou iedere maand terugkomen om beschikbaar te blijven voor haar clienten. Inmiddels is die frequentie teruggebracht tot een kwartaal-bezoek en ook dat kwam er deze maand niet van. Het alternatief is een afspraak via Skype. Een beetje tegenstrijdig is het wel om via Skype, een gratis medium, voor een consult van twintig minuten tachtig Euro neer te tellen.
Maar goed, de arts wist te vertellen dat dezelfde medicijnen in India ook verkrijgbaar zijn en misschien zelfs gewoon zonder recept over de toonbank. We zullen zien. De apotheker die ik vind moet eens goed nadenken over mijn vraag. "Is het de merknaam of het werkzame bestanddeel?", vraagt hij. Alle vijf andere bezoekers van de apotheek zijn eveneens buitengewoon benieuwd. Als ik de naam opschrijf kan er worden gezocht in het systeem en na een paar minuten liggen de gewenste pilletjes voor me. Hoeveel ik er wil? Allemaal graag! Kosten; 200 Rupee oftewel ongeveer drie Euro voor twintig stripjes met ieder tien tabletten. In Dubai zou ik bij mevrouw Armani voor dezelfde hoeveelheid tweehonderd Euro neertellen. Tja, al die internetkosten moeten door iemand worden betaald. We hebben besloten om toch maar eens naar een andere arts op zoek te gaan.
Na Bangalore staat nu nog Mumbai op het programma om de vier dagen interviewen af te ronden. Gelukkig vliegen we nu 's avonds, dat past beter bij mijn bioritme. Jetair dit keer; ik hoop maar dat ze nog vliegen...
Het gaat met diverse concurrerende luchtvaartmaatschappijen niet zo goed en dus kunnen we ons verheugen op een flinke belangstelling. Bij Kingfisher, een maatschappij die vooral binnelandse vluchten exploiteert, worden al drie maanden geen salarissen meer betaald. Maar ja, waar ga je heen als je een familie hebt en moet onderhouden? Uiteindelijk lukt het om twee kandidaten te selecteren die we een aanbod willen doen. Nu maar hopen dat we overeenstemming bereiken en ze dus binnenkort kunnen starten bij Etihad Airways.
's Avonds ga ik op zoek naar een apotheek. Ik heb uit Dubai een recept meegenomen voor de medicatie van Jasper. Helaas zijn in heel Dubai de gezocht pilletjes uitverkocht. Jasper's arts, de eerder op deze blog beschreven Amerikaanse Armani psychiater, had tot vorig jaar een praktijk in Dubai. Vervolgens verhuisde ze terug naar Texas, maar zou iedere maand terugkomen om beschikbaar te blijven voor haar clienten. Inmiddels is die frequentie teruggebracht tot een kwartaal-bezoek en ook dat kwam er deze maand niet van. Het alternatief is een afspraak via Skype. Een beetje tegenstrijdig is het wel om via Skype, een gratis medium, voor een consult van twintig minuten tachtig Euro neer te tellen.
Maar goed, de arts wist te vertellen dat dezelfde medicijnen in India ook verkrijgbaar zijn en misschien zelfs gewoon zonder recept over de toonbank. We zullen zien. De apotheker die ik vind moet eens goed nadenken over mijn vraag. "Is het de merknaam of het werkzame bestanddeel?", vraagt hij. Alle vijf andere bezoekers van de apotheek zijn eveneens buitengewoon benieuwd. Als ik de naam opschrijf kan er worden gezocht in het systeem en na een paar minuten liggen de gewenste pilletjes voor me. Hoeveel ik er wil? Allemaal graag! Kosten; 200 Rupee oftewel ongeveer drie Euro voor twintig stripjes met ieder tien tabletten. In Dubai zou ik bij mevrouw Armani voor dezelfde hoeveelheid tweehonderd Euro neertellen. Tja, al die internetkosten moeten door iemand worden betaald. We hebben besloten om toch maar eens naar een andere arts op zoek te gaan.
Na Bangalore staat nu nog Mumbai op het programma om de vier dagen interviewen af te ronden. Gelukkig vliegen we nu 's avonds, dat past beter bij mijn bioritme. Jetair dit keer; ik hoop maar dat ze nog vliegen...
India
Het is vijf uur in de ochtend en ik ben nu precies vierentwintig uur in India. Ik ben in Delhi om precies te zijn en zit alweer in het vliegtuig op weg naar Bangalore. Afgelopen nacht kwam ik aan vanuit Abu Dhabi en bereikte het hotel om half vijf ‘s ochtends na een taxirit van drie kwartier door een slapend Delhi. Alleen vrachtwagens en taxichauffeurs zijn wakker. Langs de kant liggen hier en daar bundles dekens met mensen erin, neem ik aan. Het Indira Ghandi vliegveld is een modern vliegveld en zou net zo goed London, Dubai of Madrid kunnen zijn. Behalve dan dat er vooral Indiers in alle soorten en maten lopen.
Enfin, we gaan over tien minuten opstijgen; “will all ground staff please leave the plane, this aircraft is bound for Bangallore”. De lapop moet zo uit. Wordt vervolgd vanuit Bangalore.
Het Lalit hotel is in het centrum van Delhi en een betonnen kolos uit de jaren tachtig dat niet zo lang geleden opnieuw van een laagje verf is voorzien. Voor het hotel zijn strenge veiligheidsmaatregelen; de taxi moet worden doorzocht voordat we uberhaupt het terrein op mogen en bij de ingang van het hotel moet de bagage door een scanmachine heen en ik door een detectie-poortje. Ook in het hotel voordat je de liften bereikt, moet je opnieuw door een detective-poortje. Al die poortjes piepen en gillen, maar dat schijnt verder zo te horen, want er is niemand die daar notie van neemt.
Als ik van het hotel naar ons kantoor wandel op de Barakhamba Road, word ik zes keer aangesproken; “waar ik heen ga, waar ik vandaan kom, of ik wil winkelen, of ik een riksjah wil, of ik een taxi wil en of ik wel weet waar ik naar toe ga”. Het antwoord op alle vragen is een vriendelijk nee, tot en met de laatste aan toe. Maar uiteindelijk weet ik ons kantoor te vinden en lukt het ook nog om bij de ING bank een stapeltje rupees uit de muur te trekken. Kan ik de volgende keer misschien wel een taxi of riksjah nemen.
Het sales-kantoor zit in een behoorlijk uitgewoond complex, wat nog nog niet eens zo heel oud is. In iedere ruimte zitten stevige vochtplekken en hier en daar hebben fauna en flora bezit genomen van een groot deel van de ruimte. Gelukkig gaan we over niet al te lange tijd verhuizen, dus alles wordt beter. Ik ben hier om interviews te houden voor de rol van sales-manager. Nadat we een paar maanden geleden een sales-manager verloren net nadat hij in dienst was gekomen, had ik beloofd bij de interviews aanwezig t e zijn, om zo mijn steentje bij te dragen aan de selectie en tevens een blik op India te kunnen werpen, want ik was hier nog niet eerder geweest. Na vijf interviews hebben we in ieder geval twee mogelijke kandidaten over die we serieus zouden kunnen overwegen voor de rol. Het team in India is zeer behulpzaam en gemotiveerd en iedere keer als ik naar buiten ga voor een sigaret houdt de veiligheidsfunctionaris gedienstig de deur open. Tja, een electrische schuifdeur zou wellicht efficienter zijn, maar sinds de terroristische aanslagen van een aantal jaren geleden zijn de maatregelen overal ernstig verscherpt. Of het echt iets uitmaakt is maar de vraag, maar het levert in ieder geval extra werkgelegenheid op.
Enfin, we gaan over tien minuten opstijgen; “will all ground staff please leave the plane, this aircraft is bound for Bangallore”. De lapop moet zo uit. Wordt vervolgd vanuit Bangalore.
maandag 5 maart 2012
Suikertante
Vroeger had ik een suikertante. Ik was een jaar of zes, zeven en we woonden in de Cort Heyligersstraat in Den Haag,op nummer 37. Cort Heyligers was een bekende infanteriegeneraal, zo lees ik net op Wikipedia. Dat wist ik eigenlijk niet, maar ja toen hadden we ook nog geen internet. In het appartement beneden ons woonde de familie Bosman. Tante Molly, oom Jo en ook nog een oom Gerard of zo. Ze woonden in een driekamerflat en tot op de dag van vandaag weet ik niet of tante Molly nou met oom Jo was of met oom Gerard. Of misschien allebei? Alhoewel, in de jaren zeventig heerste er weliswaar een vrije moraal, maar ze leken me toch te degelijk voor zoiets. Ze waren ook al in mijn herinnering op middelbare leeftijd.
Het huis stond vol antieke meubels en ik werd vaak uitgenodigd om te komen eten. Spinazie herinner ik me nog. Op tafel lagen tafellinnen en messenleggers. Die had ik nog niet eerder gezien, die messenleggers dan. Ook gingen we met de BMW, een lichtgroene 2002 die de meeste tijd in de garage geparkeerd, stond naar Artis in Amsterdam en naar de watermolens van Kinderdijk. De Bosmannetjes hadden zelf geen kinderen en dus was ik als een soort rent-a-kid op bestelling verkrijgbaar. Een paar jaar later zijn we verhuisd naar een straat verderop en ben ik de Bosmannetjes uit het oog verloren.
Onze kinderen hebben nu ook een soort suikertante. Kelly is vaste gast met haar vier hondjes, een mengelmoesje van poedels en bichons frisee. Toen Kelly de eerste keer de dubai Dog Academy bezocht had ze allerlei problemen met dehondjes die elkaar om de haverklap tot bloedens toe in de haren vlogen. Ook Kelly zelf kwam regelmatig gewond uit de strijd als ze probeerde de hondjes uit elkaar te halen. Om een lang verhaal kort te maken; dankzij de interventie van dogwhisperer echtgenote J. zijn de hondjes nu welgemanierd en vormen een keurige roedel die iedere week langskomen voor dagopvang. En daarmee is ook een gestage stroom aan kadootjes voor de kinderen begonnen. wat begon met een doos donuts en muffins veranderde in heuse kerstkado's varierend van kleding tot horloges, boeken en megazakken chocolade. Tot groot genoegen van ons olijke drietal uiteraard, die allemaal Kelly en haar hondjes erg aardig vinden. Anno 2012 zou ik waarschijnlijk Eva niet snel aan oom Jo meegeven voor een ritje in de BMW, maar ach, een donut hier en een chocolaatje daar...zo'n beetje verwennen moet kunnen.
Het huis stond vol antieke meubels en ik werd vaak uitgenodigd om te komen eten. Spinazie herinner ik me nog. Op tafel lagen tafellinnen en messenleggers. Die had ik nog niet eerder gezien, die messenleggers dan. Ook gingen we met de BMW, een lichtgroene 2002 die de meeste tijd in de garage geparkeerd, stond naar Artis in Amsterdam en naar de watermolens van Kinderdijk. De Bosmannetjes hadden zelf geen kinderen en dus was ik als een soort rent-a-kid op bestelling verkrijgbaar. Een paar jaar later zijn we verhuisd naar een straat verderop en ben ik de Bosmannetjes uit het oog verloren.
Onze kinderen hebben nu ook een soort suikertante. Kelly is vaste gast met haar vier hondjes, een mengelmoesje van poedels en bichons frisee. Toen Kelly de eerste keer de dubai Dog Academy bezocht had ze allerlei problemen met dehondjes die elkaar om de haverklap tot bloedens toe in de haren vlogen. Ook Kelly zelf kwam regelmatig gewond uit de strijd als ze probeerde de hondjes uit elkaar te halen. Om een lang verhaal kort te maken; dankzij de interventie van dogwhisperer echtgenote J. zijn de hondjes nu welgemanierd en vormen een keurige roedel die iedere week langskomen voor dagopvang. En daarmee is ook een gestage stroom aan kadootjes voor de kinderen begonnen. wat begon met een doos donuts en muffins veranderde in heuse kerstkado's varierend van kleding tot horloges, boeken en megazakken chocolade. Tot groot genoegen van ons olijke drietal uiteraard, die allemaal Kelly en haar hondjes erg aardig vinden. Anno 2012 zou ik waarschijnlijk Eva niet snel aan oom Jo meegeven voor een ritje in de BMW, maar ach, een donut hier en een chocolaatje daar...zo'n beetje verwennen moet kunnen.
zondag 4 maart 2012
Zaterdagochtend
Zaterdagochtend begint deze week om kwart voor zes als de logees vertrekken. De taxi was de avond ervoor besteld, een "ladies-taxi" die alleen voor vrouwen &/of families beschikbaar zijn en als bijkomend voordeel hebben dat ze kinderstoeltjes in de auto hebben. Ze zijn te herkennen aan een roze dak. Oh ja, de chauffeur is altijd een vrouw. Na een kwartier wachten gaan we maar eens bellen, we weten inmiddels dat ons adres niet voor iedereen makkelijk te vinden is. Met de nodige aanwijzingen moet het hopelijk lukken, maar ik ga toch voor de deur staan op de uitkijk. Na een minuut of vijf komt er inderdaad een ladies-taxi voorbij rijden. Ja, voor bij rijden. Ze stopt niet ondanks mijn geroep en gezwaai. Het is nou ook niet zo dat er op zaterdagochtend om kwart over zes in Dubai bosjes mensen buiten staan naast een stapel tassen en koffers, maar deze chauffeur ziet niets. Nog maar eens bellen;geen gehoor. Na nog eens vijf minuten hebben we contact: "ja hoor, ze is onderweg en in de buurt, don't worry". Nou dat doen we dus wel, de logees hebben een vliegtuig te halen. Even daarna stopt er spontaan een toevallig passerende lege taxi en vertrekken de logees alsnog richting vliegveld. Bijna op tijd. Onze ladies-taxi-chauffeuse is waarschijnlijk, as we speak, bijna op de plaats van bestemming. Je hoort mij niet over vrouwen en richtingsgevoel of een andere flauwe opmerking maken, maar ja, het schiet toch even door je heen.
Daarna is er tijd voor een kopje koffie en beginnen de voorbereidingen voor drie uur groepstraining voor honden; het parcours met obstakels moet worden opgezet, drankjes klaargezet en de tuin nog even geveegd. Dan is het tijd om met Eva naar zwemles te gaan. 't Is haar tweede les van juf G, een klassieke nederlandse zwemonderwijzeres, met een stemgeluid waarmee je rustig Lowlands zonder microfoon kunt presenteren. En een aanpak die rustig doortastend en recht-door-zee kan worden genoemd. Op de een of andere manier slaat dat bij Eva niet aan en ze protesteert luidruchtig, huilt en weigert het zwembad in te gaan. Volgens de andere aanwezige vader is juf G tegenwoordig een stuk milder. gelukkig komt het uiteindelijk allemaal goed, het gaat me wel een ijsje kosten later op de dag.
Eva terug thuis afgezet, kopje koffie, en nu met Tim naar schermles die plaatsvindt in de Raffles school in Jumairah. Na een warming-up met rondjes lopen gaan de schermkostuums aan (of noem je zoiets een uitrusting?) en worden er potjes geschermd. Electrisch, dat wil zeggen met een sensor in de punt van de degen/sabel, die middels een snoertje door de mouw via een stekkertje op de heup is verbonden aan een kastje dat een piepsignaal afgeeft als er een geldige "touche" wordt gemaakt. Via een rood of groen lampje weet je dan wie er een punt heeft gescoord en zo voorts. Tim wint uiteindelijk drie van de vier potjes die hij speelt. Schermen is een behoorlijke technische en ook tactische sport waarbij snelheid van groot belang is.
Tim weer thuis, kopje koffie en sigaretje en daar gaan we weer, nu met Jasper naar voetbal. De groep met kinderen en jong-volwassenen lijkt wel iedere week te groeien en er zijnook steeds meer vrijwillige begeleiders bij. Coach James weet nog altijd op weergaloze wijze iedereen te bewegen tot meedoen. Zelfs de moeder van Omar staat, gekleed in abaya, op een gegeven moment in het doel om het team van haar zoon te steunen en doelpogingen te vereffenen. Op een gegeven moment wil James dat ook Maggie, een mongool met enig overgewicht, die het liefst gewoon stilstaat in het veld en geen bal aanraakt, ook een poging onderneemt om een goal te scoren. Daartoe moet het hele spel worden stilgelegd en alle spelers wijken als de Rode Zee voor Mozes uiteen om haar ruim baan te verschaffen. En uiteindelijk, ja hoor, geeft Maggie een trap tegen de bal. Helaas, geen doelpunt. Jasper rent van hot naar haar als een soort langpoot-mug tussen iedereen door. Hij is een voortreffelijke sprinter, maar heeft helaas nog niet al te veel balgevoel. Net zoveel als z'n vader, zeg maar. Maar goed, hij beweegt en sport en is na afloop moe maar voldaan. En zo voel ik me eigenlijk ook, morgen gelukkig lekker weer werken; een beetje computeren, praatje maken en tenminste een half uurtje tijd voor de lunch.
Daarna is er tijd voor een kopje koffie en beginnen de voorbereidingen voor drie uur groepstraining voor honden; het parcours met obstakels moet worden opgezet, drankjes klaargezet en de tuin nog even geveegd. Dan is het tijd om met Eva naar zwemles te gaan. 't Is haar tweede les van juf G, een klassieke nederlandse zwemonderwijzeres, met een stemgeluid waarmee je rustig Lowlands zonder microfoon kunt presenteren. En een aanpak die rustig doortastend en recht-door-zee kan worden genoemd. Op de een of andere manier slaat dat bij Eva niet aan en ze protesteert luidruchtig, huilt en weigert het zwembad in te gaan. Volgens de andere aanwezige vader is juf G tegenwoordig een stuk milder. gelukkig komt het uiteindelijk allemaal goed, het gaat me wel een ijsje kosten later op de dag.
Eva terug thuis afgezet, kopje koffie, en nu met Tim naar schermles die plaatsvindt in de Raffles school in Jumairah. Na een warming-up met rondjes lopen gaan de schermkostuums aan (of noem je zoiets een uitrusting?) en worden er potjes geschermd. Electrisch, dat wil zeggen met een sensor in de punt van de degen/sabel, die middels een snoertje door de mouw via een stekkertje op de heup is verbonden aan een kastje dat een piepsignaal afgeeft als er een geldige "touche" wordt gemaakt. Via een rood of groen lampje weet je dan wie er een punt heeft gescoord en zo voorts. Tim wint uiteindelijk drie van de vier potjes die hij speelt. Schermen is een behoorlijke technische en ook tactische sport waarbij snelheid van groot belang is.
Tim weer thuis, kopje koffie en sigaretje en daar gaan we weer, nu met Jasper naar voetbal. De groep met kinderen en jong-volwassenen lijkt wel iedere week te groeien en er zijnook steeds meer vrijwillige begeleiders bij. Coach James weet nog altijd op weergaloze wijze iedereen te bewegen tot meedoen. Zelfs de moeder van Omar staat, gekleed in abaya, op een gegeven moment in het doel om het team van haar zoon te steunen en doelpogingen te vereffenen. Op een gegeven moment wil James dat ook Maggie, een mongool met enig overgewicht, die het liefst gewoon stilstaat in het veld en geen bal aanraakt, ook een poging onderneemt om een goal te scoren. Daartoe moet het hele spel worden stilgelegd en alle spelers wijken als de Rode Zee voor Mozes uiteen om haar ruim baan te verschaffen. En uiteindelijk, ja hoor, geeft Maggie een trap tegen de bal. Helaas, geen doelpunt. Jasper rent van hot naar haar als een soort langpoot-mug tussen iedereen door. Hij is een voortreffelijke sprinter, maar heeft helaas nog niet al te veel balgevoel. Net zoveel als z'n vader, zeg maar. Maar goed, hij beweegt en sport en is na afloop moe maar voldaan. En zo voel ik me eigenlijk ook, morgen gelukkig lekker weer werken; een beetje computeren, praatje maken en tenminste een half uurtje tijd voor de lunch.
Abonneren op:
Posts (Atom)