zondag 12 mei 2013

Vrijdagochtend

De ochtendstond heeft ook hier goud in de mond en dus togen we op de vrije Vrijdagochtend al vroeg richting de desert. Althans, dat is als je zeven uur vroeg vind. We hebben met vrienden afgesproken bij de Polo club, vanwaar we gezamenlijk naar een nieuwe wandelplek voor de hondjes gaan in de desert. Omdat wij, met de gasten meegeteld, met zeven honden en vier personen zijn, besluiten we met twee auto's te gaan. Iedereen is op tijd op de afgesproken plek en dus togen we fluks richting het binnenland en richting desert hotel Bab el Shams. Onderweg passeren we het nieuw aangelegde fietspad; een strook asfalt die zo'n vijfendertig kilometer oostwaarts voert en weer terug. Het is hier al een drukte van belang; prof-fietsers (althans zo zien ze er uit) en amateurs die lekker een baantje trekken. Over doping heb ik hier nog niet zoveel gehoord, maar we hebben hier dan ook geen messcherpe Mart Smeets die ter zake kundig commentaar kan leveren.

Even voor Bab el Shams verlaten we bij een rotonde de hoofdweg en vervolgen onze koers over een sort grindpad. Het pad meandert over een terrein met bomen en struiken; er wordt hier duidelijk iets aangelegd, al is niet meteen duidelijk wat. Bomen en struiken worden uiteraard kunstmatig geirrigeerd. Links ligt een meertje waar wat watervogels vertier vinden. Na nog een paar bochten en een kilometer of twee wordt het pad wat zachter en waait er flink wat stof op, waardoor het vervolg van de weg lastig te zien is. En dan besef ik dat ik over een zachte zandweg rijd, waar ik eigenlijk helemaal niet hoor te zijn met mijn tweewiel aangedreven personenauto. En voor ik 'shazbat' kan zeggen mindert de auto vanzelf vaart en sta ik vervolgens stil. Oh nee, ik zit vast! Achteruit dan...maar nee, dat lukt dertig centimeter en dan draaien de banden door en stuift er alleen maar meer zand op en graaft de auto zich verder vast. En dat terwijl de eindbestemming maar een paar honderd meter verderop is. De bestuurder van de auto achter mij is bijzonder opmerkzaam, draait haar raampje open en roept van een afstand; 'zit je vast?' 'Nee, ik neem even pauze om de vogels te bestuderen' wil ik eigenlijk zeggen, maar besluit toch maar voor de waarheid te kiezen.

 





Enfin, ik besluit de honden uit de auto te laten en lopend verder te gaan. We zien wel hoe het verder afloopt; eerst maar even lekker wandelen. Ogenschijnlijk midden in de woestijn ligt hier een meer met een aantal eilanden waarop palmen en andere bomen staan. Het water is ongeveer kniediep en lekker koel en er wordt vers water aangevoerd door een buis die in het midden van het meertje bubbelt. De honden weten niet wat ze zien en buitelen over elkaar in en door het water. Zelfs Jino, ook wel 'dobbelsteentje' genoemd vanwege z'n vierkante voorkomen, gaat te water en waagt de oversteek naar een eiland. Het is heerlijk om hier te zijn en honden, kinderen en volwassenen genieten van het weer, het water en de zon. Vrijdagochtend acht uur; het is vijfentwintig graden of zo, en je waant je hier in het paradijs.
 Na een uur of twee moeten we toch weer aan de terugkeer denken en oh ja, mijn auto die nog steeds vaststaat. Gelukkig heeft een iemand een auto met een lier voorop en uiteindelijk blijkt het een eitje om weer vlot te komen en kunnen de we terugweg aanvangen. Wij houden niet zo van verassingen en gaan graag goed voorbereid van huis, maar helaas was echtgenote J. vergeten te tanken en rijdt inmiddels sinds de heenweg op reserve. En we zitten toch echt een eindje buiten de bewoonde wereld. Dus gaat het, met de airco maar een klein beetje aan en niet harder dan tachtig kilometer per uur, op zoek naar de dichtstbijzijnde benzinepomp. Met de wijzer op dieprood halen we nog net de pomp en vervolgens thuis. Het is elf uur in de ochtend op vrijdag en voor mijn gevoel hebben we al een dag vol belevenissen achter de  rug. De honden denken er ook zo over en liggen allemaal voor pampus.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten